Wat zien we?
In 2019 werd in Vlaanderen 55 kton textiel gescheiden ingezameld. Dat is een stijging tegenover 2010, toen 49 kton textiel werd ingezameld.
De inzameling gebeurde via De Kringwinkel (16 kton) en private actoren (39 kton). Ongeveer de helft van het textiel dat in 2019 werd ingezameld, werd daarna ook hergebruikt, waarvan 3,49 kton via De Kringwinkel en 21 kton via private actoren. Alleen bij textiel dat door De Kringwinkel verkocht werd, kunnen we er echter zeker van zijn dat het hergebruikt werd. Van het textiel dat niet verkocht kon worden via De Kringwinkel, werd 20% doorgegeven aan private aankopers die het dan hergebruikten, recycleerden of verbrandden. De rest van het textiel, ongeveer 49 kton, werd bij het restafval gegooid voor verbranding.
Waar willen we naartoe?
De kaderrichtlijn afvalstoffen (Waste Framework Directive) van de Europese Commissie heeft een hiërarchie vastgelegd die als richtsnoer dient voor de afvalverwerking. In deze hiërarchie staan hergebruik en afvalpreventie bovenaan en wordt recyclage beschouwd als de volgende beste optie. In een circulaire economie moeten we materialen zoveel mogelijk gebruiken, hergebruiken en recycleren om te vermijden dat waardevolle materialen vernietigd worden en om de waarde van de materialen zo lang mogelijk te behouden. Slechts wanneer materialen niet langer gerecycleerd kunnen worden, mogen ze verbrand worden met energierecuperatie. Storten van afval is de allerlaatste optie.
De gescheiden inzameling van afval en materialen is een cruciale stap om meer te kunnen hergebruiken en recycleren. Textiel dat wordt ingezameld is echter niet altijd geschikt voor hergebruik. Veel hangt af van de kwaliteit en de vraag van de markt. Bij producten met een lagere kwaliteit wordt gekeken of ze te recycleren zijn. Is dat niet mogelijk, dan worden ze verbrand.
Wat meet deze indicator?
Deze indicator meet hoeveel textiel dat einde levensduur is er in Vlaanderen jaarlijks wordt verzameld en hoe deze afvalstroom verwerkt wordt.