Wat zien we?
Het grootste deel van het afval dat in 2019 werd opgehaald in Vlaanderen, werd daarna gerecycleerd. Recyclage is goed voor 59% van de verwerking van opgehaald afval. De rest van het afval wordt voornamelijk verbrand, slechts een fractie wordt gestort. Deze indicator toont aan dat de recyclagegraad doorheen de jaren vrij stabiel is gebleven, zonder zichtbare verbeteringen in het afvalbeheer. De oorzaak hiervan is de ophaling van vast gemeentelijk afval. Selectieve ophaling is een cruciale stap voor recyclage en in Vlaanderen wordt slechts 55% van het afval gescheiden opgehaald. Het meeste van dat afval wordt wel gerecycleerd. Afvalophaling is dus een cruciale factor voor een beter afvalbeheer.
Waar willen we naartoe?
De kaderrichtlijn afvalstoffen (Waste Framework Directive) van de Europese Commissie heeft een hiërarchie vastgelegd die als richtsnoer dient voor de afvalverwerking. In deze hiërarchie staan hergebruik en afvalpreventie bovenaan en wordt recyclage beschouwd als de volgende beste optie. In een circulaire economie moeten we materialen zoveel mogelijk gebruiken, hergebruiken en recycleren om te vermijden dat waardevolle materialen vernietigd worden en om de waarde van materialen zo lang mogelijk te behouden. Slechts wanneer materialen niet langer gerecycleerd kunnen worden, mogen ze verbrand worden met energierecuperatie. Storten van afval is de allerlaatste optie.
Wat meet deze indicator?
Deze indicator geeft aan hoeveel vast gemeentelijk afval er in Vlaanderen verwerkt wordt. De data werden aangeleverd door OVAM. We moeten daarbij wel opmerken dat de hoeveelheid afval die als “gerecycleerd” wordt gerapporteerd, in feite de hoeveelheid afval is die aangeboden wordt voor recyclage. Over de reële output van dat recyclageproces hebben we maar weinig informatie.