Wat zien we?
Tussen 2008 en 2020 steeg de tewerkstelling in de circulaire sectoren sterker (16,4%) dan de globale tewerkstelling in Vlaanderen (5,8%). In 2020 waren er 43 261 werknemers actief in de Vlaamse circulaire economie, wat overeenkomt met 1,96% van de totale Vlaamse tewerkstelling.
De grootste circulaire sector is die van het onderhoud van motorvoertuigen (meer dan 17 000 werknemers). In de tweedehandssector en de verhuur- en leasesector zagen we echter de grootste stijging van de tewerkstellingsgraad. Het taartdiagram hieronder biedt een duidelijk overzicht van het aantal werknemers per circulaire sector in Vlaanderen.
Waar willen we naartoe?
Om de transitie naar een circulaire economie te versnellen, moet de groei van de tewerkstellingsgraad in de circulaire sectoren hoger liggen dan die in de globale Vlaamse economie. Dit is nu al het geval maar het verschil tussen beide cijfers moet nog groter worden.
Daarnaast moeten we rekening houden met de beperkingen van de huidige meetmethodes. Die zijn enkel gebaseerd op de NACE-codes en zijn niet gedetailleerd genoeg. De bouwsector wordt bijvoorbeeld volledig buiten beschouwing gelaten terwijl die ook circulaire activiteiten uitvoert (bv. renovaties).
Wat meet deze indicator?
Deze indicator meet de evolutie van de tewerkstelling in de circulaire economie in Vlaanderen. Hij geeft een indicatie van de snelheid waarmee de Vlaamse economie zich omvormt tot een circulaire economie.