Wat zien we?
De hoeveelheid huishoudelijk restafval in Vlaanderen is sinds 2013 continu blijven dalen. Die trend is voornamelijk te verklaren door de daling van het grofvuil en het huisvuil als gevolg van een gerichter beleid. Zo is er sinds 2013 sprake van verplichte minimumtarieven voor grofvuil, zijn de gemeenten verplicht om op recyclageparken een aparte container te voorzien voor harde kunststoffen en worden de achterblijvende gemeenten beter opgevolgd.
Terwijl er in 2013 nog 158,58 kg huishoudelijk restafval per inwoner werd geproduceerd in Vlaanderen, was dat in 2019 nog maar 143,46 kg per inwoner. We kunnen dus spreken van een significante daling van 15 kg in de periode 2013-2019.
Waar willen we naartoe?
Een van de doelstellingen in het Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval is een verdere daling naar 138 kg huishoudelijk restafval per inwoner in Vlaanderen tegen 2022.
In zijn Energie- en Klimaatplan 2021-2030 heeft Vlaanderen zich dan weer geëngageerd om dit verder terug te dringen tot 100 kg huishoudelijk restafval per inwoner tegen 2030.
Wat meet deze indicator?
De evolutie van de totale hoeveelheid huishoudelijk restafval in Vlaanderen is een indicator voor de preventie van huishoudelijk afval. Deze indicator is van belang omdat de hoeveelheid restafval – in combinatie met de sorteeranalyse – aantoont dat het nuttig is om verder in te zetten op sorteren.