Wat zien we?
Onderstaande grafiek illustreert de evolutie van het verbruik van stikstofgebaseerde meststoffen sinds 2011. In 2020 bedroeg het verbruik in de Vlaamse landbouwsector 147,38 kiloton, wat een toename van 7,28% betekent ten opzichte van 2011. Dierlijke meststoffen vormen de grootste categorie met een aandeel van 62,60% in 2020, gevolgd door kunstmeststoffen (35,51%) en organische meststoffen (1,89%). In de afgelopen tien jaar is het verbruik van kunstmeststoffen licht gestegen ten koste van dierlijke meststoffen. Het verbruik van organische meststoffen is verhoudingsgewijs beperkt, maar is bijna verdubbeld sinds 2011.
Waar willen we naartoe?
Meststoffen zijn nodig in de voedselproductie. In Vlaanderen zien we dat de grote benodigde hoeveelheden leiden tot negatieve milieu-effecten. Een zo minimaal mogelijk verbruik kan gerealiseerd worden door middel van diverse strategieën, zoals het opleiden van landbouwers en het toepassen van nieuwe landbouwtechnologieën. Vanuit materialenoogpunt streven we ernaar het verbruik van kunstmatige meststoffen tot een minimum te beperken, gezien de benodigde extra materialen en impacten die bij de productie ervan komen kijken. De voorkeur gaat daarom uit naar dierlijke en organische meststoffen, aangezien deze ons in staat stellen om de voedingscyclus te sluiten.
Wat meet deze indicator?
Deze indicator geeft inzicht in het verbruik van op stikstofgebaseerde meststoffen binnen de Vlaamse landbouwsector, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen dierlijke, kunstmatige en organische meststoffen. De cijfers worden uitgedruk in kiloton stikstof en zijn afkomstig uit het jaarlijkse Mestrapport, opgesteld door de Vlaamse Landmaatschappij.